4. | Om door te gaan naar de volgende sensor, moet u de achterruitverwarmingsknop indrukken.
Sensor | Onderdeel | Weergegeven waarde |
---|
1 | Sensor interieurtemperatuur | °C | 2 | Omgevingstemperatuur | °C | 3 | Waarde zonnestralingsensor: Donker= 00, Flitslichten= 04, Bewolkt =10, Zonnig =65 | Kcal/m2 u | 4 | Motorkoelvloeistoftemperatuur | °C | 5 | Verdamper uitlaatluchttemperatuur | °C | 6 | Luchtmengopening (lage waarde geeft koelere luchtverdeling aan, hoge waarde geeft warmere luchtverdeling aan) | % van opening | 7 | Uitgaande ventilatorluchttemperatuur (TAO) | °C |
OPMERKING:
- De sensorwaarden worden in graden Celsius (°C) weergegeven of in alfanumerieke code. Gebruik de tabel om de waarden in graden Fahrenheit (°F) om te zetten.
- Als de sensor ’’Er'' weergeeft betekent dit dat er een draadbreuk of kortsluiting in het circuit of de sensor zit. Op DTC's controleren met de HDS, of raadpleeg het controleren van DTC's door DTC-aanduiding voor het controleren van DTC's.
- Vergelijk indien noodzakelijk het sensorinvoerdisplay met dat van een soortgelijk voertuig waarvan u zeker weet dat dit goed is, en onder dezelfde testomstandigheden.
- Als de sensor buiten het normale bereik ligt, raadpleeg dan de sensortest, of vervang de sensor met een waarvan u zeker weet dat deze goed is en controleer opnieuw.
|