Motor uitbouwen (L12A/L13A zonder ETCS)

Motor uitbouwen

Benodigd speciaal gereedschap
Motortakelhangerset (  07KAK-SJ40101)
 

OPMERKING:


1.Zet de motorkap vast in een geheel open stand (steunbalk in de onderste opening).

2.Maak eerst de negatieve () kabel en daarna de positieve (+) kabel los van de accu.

3.Verwijder de accu.

4.Verwijder het luchtfilterhuis.

5.Verwijder de kabelboomklemmen (A), verwijder daarna de accudrager (B).

 

6.Maak de stekkers (A) van de motor regelmodule (ECM)/aandrijftreinregelmodule (PCM) en de stekkeraansluiting (B) van de hoofdkabelboom los.

Auto's met links stuur: 

Auto's met rechts stuur: 

7.Verwijder de kabelboomklemmen (A) en het doorvoerrubber (B), en trek de motorbedradingskabelboom door het schutbord.

Auto's met links stuur: 

Auto's met rechts stuur: 

8.Neem de accukabels (A) los van de zekeringen/relais kast onder de motorkap, verwijder daarna de kabelboomklem(men) (B).

Auto's met links stuur: 

Auto's met rechts stuur: 

9.Maak de kabelboomstekker (C) los.

10.Verwijder de gaskabel (A) door de borgmoer los te draaien (B), en dan het kabeluiteinde uit de gaskabelverbinding te laten glijden.

 

11.Laat de brandstofdruk af.

12.Verwijder de EVAP-regelbusslang (A) en de onderdrukslang van de rembekrachtiger (B).

 

13.Verwijder de schakelkabel (A) en de selectiekabel (B). Wees voorzichtig en buig de kabels niet bij het verwijderen. Vervang een geknikte kabel altijd door een nieuwe (M/T).

 

14.Verwijder de hulpcilinder van de koppeling (A) en de bevestigingsbout van de koppelingleidingsteun (B). Bedien het koppelingspedaal niet als eenmaal de hulpcilinder is verwijderd (M/T).

 

15.Verwijder de schakelkabel. Wees voorzichtig de kabel niet te buigen bij het verwijderen. Vervang een geknikte kabel altijd door een nieuwe (CVT).

 

16.Als een A/C compressor is gemonteerd, verwijder dan de aandrijfriem.

17.Verwijder de radiateurdop.

18.Trek de takel omhoog tot de hoogste stand.

19.Verwijder de voorbanden/-wielen.

20.Verwijder de spatplaat.

 

21.Maak de aftapplug van de radiateur los om de koelvloeistof af te tappen.

22.Tap de transmissievloeistof af:


23.Tap de motorolie af.

24.Maak de stekker (A) los van de primaire verwarmde zuurstofsensor (primaire HO2S) (behalve KU model) of die van de verwarmde zuurstofsensor (HO2S) (KU-model).

 

25.Maak de stekker (B) los van de secundaire verwarmde zuurstofsensor (secundaire HO2S) (behalve KU-model).

26.Verwijder de drieweg katalysator (TWC)(C).

27.Maak de stabilisatorstangsteunen los.

28.Maak onderste fuseekogels van de vering los.

29.Verwijder de aandrijfassen.Breng verse motorolie aan op alle precisie-afgewerkte oppervlakken. Bind plastic zakken over de uiteinden van de aandrijfassen.

30.Verwijder het stuurhuis van het voorste hulpframe.

31.Maak de stekker (A) van de compressorkoppeling los, en verwijder vervolgens de A/C-compressor (B) zonder de A/C-slangen los te maken.

 

32.Verwijder de afdekking van de condensorventilator.

33.Verwijder de automatische transmissie vloeistof (ATF)-koelerslangen, en dicht daarna de ATF-koelerslangen en -leidingen (CVT) af.

 

34.Laat de takel zakken.

35.Verwijder de bovenste radiateurslang (A) en de onderste radiateurslang (B).

 

36.Verwijder de slangen van de verwarming.

 

37.Maak de motortakelhangerset (in de handel verkrijgbaar gereedschap voor EU modellen) aan de motor vast zoals afgebeeld.

 

38.Verwijder de massakabel (A), verwijder daarna de bevestigingssteun (B) van de transmissie.

M/T: 

CVT: 

39.Verwijder de massakabel (A), verwijder dan de zij-bevestiging/steun eenheid (B) van de motor.

M/T: 

CVT: 

40.Zorg dat de takelsteunen op de juiste manier zijn geplaatst. Trek de takel omhoog tot de hoogste stand.

41.Verwijder de achterste bevestigingsbouten.

 

42.Verwijder de bevestiging/steun(M/T) linksvoor.

 

43.Verwijder de twee clips (A) die de bodembeschermplaat borgen, verwijder dan het voorste hulpframe (B).

 

44.Controleer of alle onderdrukslangen, brandstofslangen, koelvloeistofslangen, draden en kabels van de motor/transmissie zijn losgekoppeld.

45.Laat de motor langzaam ongeveer 150 mm zakken. Controleer nogmaals of alle slangen, draden en kabels van de motor/transmissie zijn losgekoppeld.

46.Laat de motor helemaal zakken. Verwijder de kettingtakel van de motor.

47.Verwijder de motor van onder de wagen.